Selecteer om motortoerentalvariabelen en -parameters weer te geven aan de hand van de uitgangsfrequentie (Hz).
0-02 Eenheid motorsnelheid [1] Hz
Voer de schaalwaarde van de analoge ingang in die overeenkomt met de maximale referentiefeedbackwaarde
6-15 Klem 53 Hoge ref.
6-25 Klem 54 Hoge Ref.
Voer de maximale referentie in. De maximale referentie is de hoogste waarde die kan worden verkregen door alle referenties bij elkaar op te tellen.
3-03 Maximale referentie
Voer de maximumgrens voor het motortoerental in Hz in. De uitgangsfrequentie mag niet hoger zijn dan 10% van de schakelfrequentie.
4-14 Hoge limiet motortoerental Hz
Voer de maximumgrens voor de uitgangsfrequentie in. Dit is een definitieve limiet voor alle configuraties.
4-19 Max Uitgangsfrequentie.